Eerste vervolgdosering acenocoumarol

Uit Stolling en Antistolling
Ga naar: navigatie, zoeken
Startdosering na beginschema 6 - 4 - (2) leeftijd
Eerste INR 40-50 50-60 60-70 70-80 >80
1 4.5 4.4 4.3 4.2 4.1
1.5 3.9 3.8 3.7 3.5 3.4
2 3.5 3.3 3.2 3.1 3.0
2.5 3.0 2.9 2.8 2.7 2.6
3 2.7 2.6 2.5 2.4 2.3
3.5 2.5 2.4 2.3 2.1 2.0
4 2.3 2.1 2.0 1.9 1.8
4.5 2.1 1.9 1.8 1.7 1.6
5 1.9 1.8 1.7 1.6 1.4
5.5 1.7 1.6 1.5 1.4 1.3
6 1.6 1.5 1.4 1.3 1.1

In deze tabel staat het schema voor de eerste vervolgdosering van acenocoumarol na inname van 6-4- mg of 6-4-2- mg acenocoumarol op respectievelijk dag 1, 2 (en 3). De vervolgdoseringen worden bepaald door de hoogte van de INR-waarde en de leeftijd van de patiënt.Het geslacht van de patiënt en het starten met 6-4- mg of 6-4-2- mg acenocoumarol blijken geen invloed te hebben op de hoogte van de vervolgdosering.


Na het innemen van de vervolgdosering is de controletermijn als volgt:

  • De INR-waarde na inname van de eerste vervolgdosering wordt bepaald na maximaal een week en vervolgens wekelijks tot de INR zich in de therapeutische range bevindt.
  • Als de INR-waarde sterk afwijkt, wordt de bepaling binnen een week uitgevoerd.
  • Tijdens de combinatie van het gebruik van een LMWH en een VKA vindt de INR-bepaling 2 à 3 keer per week plaats.