Relatieve contra-indicaties

Uit Stolling en Antistolling
Ga naar: navigatie, zoeken

Relatieve contra-indicaties

  • (diabetische) retinopathie met name met neovascularisatie
  • leverinsufficiëntie
  • leverstuwing bij hartfalen
  • therapieontrouw
  • alcoholisme
  • ernstige nierinsufficiëntie (kreatinine klaring <30 ml/min)
  • onvoldoende gereguleerde hypertensie
  • recente intracraniële bloeding (minder dan ± 3 maanden geleden)
  • recente (bloedende) aandoeningen van de tractus digestivus (minder dan ± 3 maanden geleden)
  • (bloedende) aandoeningen van de tractus respiratorius
  • (bloedende) aandoeningen van de tractus urogenitalis
  • hematologische aandoeningen met verhoogde bloedingsneiging
  • het gebruik van NSAID’s
  • het gebruik van andere antitrombotica
  • hoge leeftijd
  • ongevallen (m.n. schedeltrauma)
  • sport


Sport en antistollingsbehandeling

Tijdens de antistollingsbehandeling is voorzichtigheid geboden bij die sporten, die het risico opeen bloeding verhogen.

  • Dit geldt voor alle sporten waarbij het risico op een ongeval verhoogd is.
  • Wat betreft de zogenaamde contactsporten zijn sporten als boksen en judo gecontra-indiceerd. Met andere contactsporten, zoals bijvoorbeeld (zaal)voetbal, moet met gezond verstand worden omgegaan. Blijkt de patiënt makkelijk hematomen te krijgen, dan kan alsnog worden besloten met de desbetreffende sport te stoppen.
  • Duiken
    • Diepzeeduiken is in de regel gecontra-indiceerd voor patiënten die een VKA gebruiken, er is momenteel niet voldoende wetenschappelijke informatie om met volledige zekerheid een verhoogd bloedingsrisico uit te sluiten. Klik hier voor de Richtlijn ‘Duiken met trombocytenaggregatieremmers of anticoagulantia’. http://www.duikgeneeskunde.nl/live201205/download/richtlijnen/Duiken_met_Trombocytenaggregatieremmers_of_anticoagulantia_mrt2012.pdf
    • Bij het scuba duiken (duiken met perslucht) treden er door de toegenomen druk een aantal fysiologische veranderingen op die hun weerslag hebben op het cardiovasculaire systeem. Het bloedvolume o.a. in de thorax neemt hierdoor toe. Er kan vocht uittreden met als gevolg longoedeem en hersenoedeem. Bovendien wordt stikstof opgenomen in de weefsels. Bij het naar de oppervlakte komen wordt deze stikstof weer afgegeven aan het bloed als micro-gasbellen. Deze gasbelletjes kunnen vasoactieve effecten hebben en micro-embolietjes veroorzaken. Het ziektebeeld dat hiervan het gevolg is, wordt decompressieziekte genoemd. Door het complex van veranderingen kunnen er mogelijk microtraumata optreden die bij mensen die een VKA gebruiken bloedingen tot gevolg kunnen hebben.
    • In theorie kunnen bellen optreden vanaf diepten van 6 meter, als je daar meer dan 6 uur verblijft. Maar ook bij meerdere korte duiken op één dag kunnen bellen ontstaan.
    • Snorkelen is toegestaan, al moet er rekening mee worden gehouden dat door de onderdruk in lichaamsholten, zoals in de sinussen en in het middenoor, zwelling en bloedingen kunnen ontstaan.
  • Bergbeklimmen boven ± 2500 meter is gecontra-indiceerd voor patiënten die een VKA gebruiken.
    • Stijgen tot een hoogte van 2500 meter kan acute bergziekte tot gevolg hebben. De hypobare hypoxie vormt de prikkel voor het optreden van een complex van regelmechanismen waardoor o.a. hersen- en longoedeem kunnen ontstaan. Het is aannemelijk dat hierdoor microtraumata optreden die grote of kleine bloedingen kunnen veroorzaken, zeker in combinatie met het gebruik van een VKA.
    • Ook veranderingen van de stollingsparameters kunnen optreden. Een hoger risico op het ontstaan van trombose kan het gevolg zijn.
    • De INR kan op grote hoogte ontregeld raken. Als dit plaatsvindt, zal de INR in de meeste gevallen dalen. Controle van de INR is problematisch, omdat zelfmeetapparatuur niet is gevalideerd op enige hoogte.
    • Er is een verhoogd risico op een ongeval en dus op een bloeding. Hulpdiensten kunnen bepaalde gebieden vaak moeilijk bereiken.